vrijdag 28 april 2017

Goede voorbereidingen en eindelijk die steltkluten!!

Voor de Zuid-Holland Big Day die we gepland hebben op 6 mei, is het na informeren hier en daar wel duidelijk geworden dat we het een keer in de Noordwijkse duinen gaan proberen in de ochtend. Waar we dat de vorige keer in Meijendel, en wat eigenlijk gebruikelijk is voor een Zuid-Holland Big Day, vonden we het nu wel tijd voor wat anders. Noordwijk kennen we echter niet goed, dus met Laurens van der Padt, Laurens van der Wind en Herman vd Brand loop ik vanochtend de goede plekken in het duingebied af, op zoek naar de plekken voor de goede soorten.

Onderweg pikken we ergens nog een roepende patrijs mee, die moeten we dus ook nog maar proberen op de Big Day, waarna we starten langs de Vogelaarsdreef. Dit blijkt een goed stuk te zijn waar boomklever heel simpel is, er zitten veel appelvinken, glanskoppen, een goudvink vliegt voorbij en de algemenere zangvogels zitten er ook gewoon. Alleen een kleine bonte specht zien we niet, maar we zijn niet super vroeg op de ochtend en het bos ziet er verder wel goed voor uit. Die zullen er dus vast wel zitten.
Vogelaarsdreef
In een stuk naaldbos een stuk naar het noorden hebben we in een rondje lopen eenvoudig goudhaan, vuurgoudhaan en kuifmezen, terwijl aan de rand ervan op een weilandje meerdere grote lijsters lopen, nog een vuurgoudhaan zit te zingen en een sijs overkomt. Dat zijn fijne soorten! Een rondje door wat bollenvelden levert ook al vier zingende zwarte roodstaarten op en het ziet er goed uit voor gele kwikstaarten, en wellicht dus ook engelse kwikstaarten. Daarnaast is het hier nog vergeven van de veldleeuweriken, heerlijk!

In Noordwijk blijkt de Iberische tjiftjaf die er al even zit heel simpel, maar in Katwijk zit er geen grote of kleine burgemeester in de Binnenwatering. Op de terugweg door Wassenaar horen we nog een goudhaan zingen vlak langs de weg, dat is nog een fijne back-up voor als we hem zouden missen in Noordwijk! Een korte zoektocht naar de raven bij Eikenhorst is ook succesvol, want als we daar staan komen ze plots beiden uit de polder en vliegen roepend richting het landgoed. Een mooie waarneming!

Op de terugweg naar Ambacht zoeken we onder Delft nog even naar een kleine rietgans die daar gisteren werd gemeld, en hij blijkt zowaar nog ter plaatse! Als deze soort de komende tijd nog vaker wordt gemeld zou dat natuurlijk een mooie bonus zijn op de big day.

We zijn vervolgens weer mooi op tijd in Ambacht na een toch wel succesvolle voorbereiding, en het staat wel vast wat we op 6 mei hopen te gaan doen: starten in Noordwijk. Nu is er echter nog wel even tijd om te de Crezéepolder rond te fietsen. Een zwarte ruiter is nog ter plaatse en met het oog op de Big Day zijn een paartje zomertaling, een smient en wat wintertalingen natuurlijk ook razend interessant. Verder loopt er ook nog een mooie bosruiter rond, fraai!
Bosruiter
Als we bijna de polder rond zijn komen we Hans Visser tegen, die vraagt of we nog wat hebben. We beginnen over de bosruiter, maar dat het verder wel rustig is, als hij zegt dat er twee steltkluten in de hoek lopen. Huh, wat?! We draaien onze telescopen gelijk in het uiterste puntje van de polder, en verhip, twee steltkluten lopen er rond alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Het hele voorjaar zaten we er al op te hopen, en nu lopen ze er gewoon toch.
Steltkluut
Ze blijken behoorlijk tam te zijn en het paartje laat zich werkelijk fantastisch bekijken. Super, wat een prachtige soort! Eentje die uit Zuid-Europa komt maar elk voorjaar in tal van plas-drasgebiedjes opduikt. Op IJsselmonde zijn die altijd erg schaars geweest, maar in dit gebied moesten ze haast wel komen. En dat doen ze dus, een erg fijne nieuwe IJsselmondesoort voor me. Heerlijk!
Steltkluten
Steltkluut vrouw

Steltkluut man
Een korte blik over de Sophiapolder hierna levert nog wel een drietal bontbekplevieren op, maar verder is het daar erg rustig, zoals eigenlijk het hele jaar al. De Crezéepolder lijkt toch een grotere aantrekking op de vogels te hebben en levert tot nu toe al de goede soorten op. Ik ben benieuwd hoe dat de rest van het voorjaar zal verlopen...

donderdag 27 april 2017

Mooie kemphanen in de Crezéepolder

Het is Koningsdag dus het is heerlijk rustig als ik vanochtend nog even door de Crezéepolder fiets. Wat vogels betreft is dat overigens niet echt anders, want ik moet het doen met de bekende engelse kwikstaart, twee zwartkopmeeuwen, een tiental groenpootruiters en een groep kemphanen. Deze mannetjes van deze laatste soort zijn al prachtig uitgekleurd en staat geregeld als kemphanen tegenover elkaar. In die vechtpartijen om de vrouwtjes kan het er hard aan toe gaan, en het is een mooi gezicht hoe ze om elkaar heen springen.
Kemphanen
Over een week zullen ze overigens wel weg zijn en door gaan richting Scandinavië, want voor de winter weer invalt moeten ze weer weg zijn. Een geringd exemplaar loopt er overigens ook weer tussen, maar waar dit exemplaar vandaan komt is mij nog onbekend.
Geringde kemphaan Yf[AJ]WR

woensdag 26 april 2017

Bijna een blauwe rotslijster, bijna...

De week was op mijn eerste kwartel van het jaar na tot nog toe rustig verlopen, zoals eigenlijk het hele voorjaar in Nederland erg tam is tot nu toe. Gisterenavond kwam daar echter verandering toen een prachtige blauwe rotslijster op Vlieland werd ontdekt. De tweede waarneming van deze Zuid-Europese soort in Nederland, die ik overigens eerder in Rome zag, maar op de meest ongelukkige plek van Nederland die je kan bedenken. Dat vind ik tenminste, want gisterenavond ging het niet lukken om Vlieland te bereiken, dus moest dat vandaag maar gebeuren op één of andere manier.

Gisterenavond was het wat fanatiekelingen gelukt om Vlieland te bereiken, maar vanochtend zouden er ook nog wat watertaxi's gaan, aangezien de drie veerponten die overdag naar Vlieland varen toch wel weinig is. Daardoor is het lastig te plannen. De vogel wordt gelukkig wel weer vroeg gemeld, dus die zal de hele dag nog wel blijven hangen. Op het forum van waarneming.nl zie ik dat een watertaxi om 13:30 hoopt te vertrekken vanuit Harlingen, die door Cock Dekker is geregeld uit Arnhem. Via kort contact met hem te hebben gehad blijk ik nog mee te kunnen, dus ga ik als de brandweer naar Arnhem. Eerst fietsen, dan nog een stukje met de trein en na een korte busrit stap ik bij hem en Willem Bosma in de auto. Zodra ik instap hoor ik echter het minder fijne nieuws dat de vogel zojuist hoog is opgevlogen richting het westen. Ai...

Na kort overleg besluiten we wel gewoon richting Harlingen te gaan, de kans is immers nog wel aanwezig dat de vogel binnen twee uur wordt teruggevonden. Verder staat me nog een verhaal bij van een rode rotslijster in Stadskanaal die na hoog weggevlogen, ook plotseling gewoon weer ter plaatse zat. Op dus naar het noorden!!

De belletjes die de hele reis worden gepleegd bieden weinig hoop, en als we in Harlingen aankomen is er nog geen goed teken vanaf het eiland gekomen. De meeste watertaxigangers hebben dan ondertussen ook afgebeld en mocht de vogel niet worden teruggevonden voor de tijd dat we gaan, heb ik ook geen zin om voor Jan Doedel naar Vlieland af te reizen. We cancellen dus de watertaxi en besluiten nog even op Breezanddijk en het Kornwerderzand te zoeken of die daar wellicht is heen gewaaid, gezien de forse noordwestenwind.
Harlingen
Op Breezanddijk komen we niet verder dan wat krooneenden, tapuiten en prachtige steenhopen waar die zomaar bij zou kunnen zitten, maar dat is helaas niet het geval. Hetzelfde geldt voor het Kornwerderzand waar we ook de vogel niet vinden, maar als we daar klaar zijn weten we waarom: de vogel wordt weer gemeld op Vlieland!! Paniek alom maar de veerpont van half drie halen we niet meer, en ook een watertaxi is niet meer vol te krijgen. Willem besluit wel een veerpont later te nemen, met de consequentie dat hij zal moeten overnachten op Vlieland, maar ik geloof het wel en stap in Leeuwarden op de trein richting het zuiden.
Breezanddijk
Het was een mooi avontuur, met helaas niet het resultaat waar we op gehoopt hadden. Er komt er vast nog wel weer eentje een stukje dichterbij, en als ik op Kralingse Zoom, een kleine 3 uur verder, naar de kauwen zit te kijken, bedenk ik me dat die niet heel veel lelijker zijn. In de zon schitteren ze mooi blauw, paars en groenig, Maar ach, voor het spelletje is er natuurlijk niks aan deze jongens..
Kauw

zaterdag 22 april 2017

Leuke steltlopers op IJsselmonde!

We zijn goed bezig op IJsselmonde met de jaarlijst, dus vanochtend starten Laurens van der Padt, Laurens van den Wind en ik gewoon weer in de Crezéepolder voor een telling. Later worden we daar ook nog door de nodige andere vogelaars vergezeld, want meestal vliegt er nog wel wat over. Vanochtend is het echter rustig en tot een uurtje of tien vliegen er wel de eerste vijf gierzwaluwen van het jaar voorbij, nog wat late kramsvogels, twee grote lijsters, en voor de telpost blijkt een engelse kwikstaart ter plaatse te zitten. Leuk! Voor de volledige telling zie hier
Engelse kwikstaart
Om 10:00 is het aardig ingezakt, dus we vogelen langzaam de Crezéepolder uit. Daar zitten verder nog wat zwarte ruiters, twee zomertalingen, een bekende Noorse grote mantelmeeuw, een geelpootmeeuw en opvallend genoeg ook een ooievaar die in een aangespoelde vis loopt te pikken. Leuk! 
\ooievaar
Langs de Veersedijk, op de Galgenplaat en bij het Perenlaantje vogelen we de tijd vol, zodat we om 12:00 bij de Sophiapolder kunnen zijn. Dat levert nog de eerste braamsluipers, wat zwarte roodstaarten, de eerste boompieper en een ijsvogel op. Iets over half twaalf zijn we vervolgens al bij het pontje, als er plotseling twee vogels aankomen. De voorste is overduidelijk een regenwulp, maar de tweede niet. Als hij dichterbij is gekomen blijkt het om een rosse grutto te gaan! Ze duiken de Galgenplaat over en lijken in te vallen op de Sophiapolder, maar even later kunnen we 'm niet terugvinden. Desondanks wel een fijne soort en weer een nieuwe voor de jaarlijst! 

Op het eiland lopen hierna overigens nog wel ca. 35 groenpootruiters, twee zwarte ruiters en nog tien pijlstaarten, maar geen spannende steltlopers verder. Die blijken inmiddels wel in de Crezéepolder te zijn geland, want we krijgen door dat daar een zilverplevier is gevonden. Als de wiedeweerga dus maar weer van het eiland af, je kan alles maar hebben! 

In de Crezéepolder staat als we aankomen gelijk al een flinke club vogelaars, wat de IJsselmondenaren zijn tegenwoordig bloedfanatiek geworden! De zilverplevier zien we gelukkig ook snel lopen en even later blijken het twee exemplaren te zijn. De buitjes die nu af en toe over komen trekken zijn ideaal voor zulke steltlopers in het binnenland, die dan even naar beneden komen terwijl ze hard op weg zijn naar het noordoosten. 

Zilverplevier
We proberen vervolgens zelf nog wat leuks te vinden in Waalbos, in Polder Hooge Nesse of langs de Oude-Maas, maar verder dan een fraaie beflijster komen we eigenlijk niet. 's Avonds worden er wel weer wat bosruiters gemeld in de Crezéepolder, die ik dan ook maar gelijk even ga bekijken. Dat is nummer 160 voor de IJsselmondejaarlijst!

vrijdag 21 april 2017

Zangvogels langs de Veersedijk

Vanmiddag check ik zowel de Crezéepolder als de Sophiapolder. Voor steltlopers zijn beide plekken nu buitengewoon interessant, maar echte knallers lopen er nog niet. Met name groenpootruiters zitten er in overvloed, maar ook zie ik nog wat zwarte ruiters, een witgatje, zomertalingen en nog wat late smienten. Vanaf de Veersedijk trekken wat lokale broedvogels echter ook mijn aandacht, zoals witte kwikstaart, zwarte roodstaart en boerenzwaluw. Allemaal broedvogels langs de Rietbaan op scheepssloperijen., die ergens hun plekje in de vele rommelhoekjes wel vinden. Boerenzwaluwen broeden bijvoorbeeld al jaren in een onafgebouwde kajuit. Een tapuit hangt er overigens ook nog rond, maar die moet nog een stukje vliegen naar Scandinavië.
Zwarte roodstaart
Boerenzwaluw
Witte kwikstaart
Tapuit

donderdag 20 april 2017

Veelzijdige dag met een knaller op IJsselmonde!!

De eerste CES-ronde stond vandaag weer op het programma van Vogelringstation Meijendel. In dit project gaat het met name om de overleving, reproductie en dispersie van broedvogels in het terrein, waarvoor ook het geluid afspelen om te lokken niet is toegestaan. Tijdens de eerste ronde is het dus altijd weer een verrassing wel vogels weer zijn teruggekeerd uit Afrika om weer te broeden in de duinen.

De oudste vogel die Maarten Verrips, Rinse vd Vliet en ik vanochtend terug vangen is een grasmus die als jong in 2013 werd geringd in de duinen, in 2015 weer werd terug gevangen als broedvogel, en nu dus ook in 2017, op 5-jarige leeftijd, weer in de duinen zal gaan broeden. Die is dus al 4x heen-en-weer gevlogen naar Afrika, waar ze ten zuiden van de Sahara overwinteren. En nu dus gewoon weer terug op de paar vierkante honderden meters waar die ook uit het ei is gekropen. Mooi!
Oude grasmus
Naast deze grasmus zijn ook de fitissen, braamsluipers en nachtegalen weer volop terug uit Afrika. Van al deze soorten vangen we ook minimaal 1 exemplaar, want ze zitten volop te zingen op en rond de ringbaan. Prachtige soorten en heerlijk om deze beestjes weer in de handen te hebben.

Fitis (zonder versmalling op de 5de 'grote' handpen van onder (p6))
Braamsluiper
Enkele exemplaren die we vangen zitten overigens nog vol van het trekvet en we vangen zelfs een tjiftjaf van ruim 10g, enorm veel voor deze soort. Dat zijn dus duidelijk exemplaren die nog niet op hun bestemming zijn en nog verder moeten, waar ze flink voor hebben ingeslagen. Voor de volledige vangst zie hier.

Op de terugweg naar huis kom ik bij Berkel en Roderijs nog een steltkluut tegen en zit er een steenuil in een bekende kas te slapen. Toch grappig.
Steenuil
De middag is al aardig gevorderd als ik weer in Ambacht ben, maar toch fiets ik nog even naar de Crezéepolder om even uit te waaien. Veel spannends zit er niet in de polder, wel aardig wat groenpootruiters, een wat afwijkende krakeend en nog wat smienten, en terwijl ik wat gele kwikstaarten ga checken belt Laurens van der Wind me dat er nu een steppekiekendief in de polders van Rhoon zit! M'n vriendin vergezelt me net, maar het gaat toch weer linea recta richting huis.
Groenpootruiter
Afwijkende lichte krakeend
Het is prachtig weer dus het is even spannend of de vogel toch niet verder trekt, maar als blijkt dat de vogel op een dode kleine mantelmeeuw zit moet het haast toch wel goed komen. Maar bij een nieuwe soort voor de IJsselmondelijst is er natuurlijk altijd spanning, want hij moet nog wel even blijven zitten. Bij aankomst na een niet al te lang ritje zien we al genoeg mensen in de Molenpolder staan, het is immers pas de tweede voor IJsselmonde en de eerste twitchbare. Gelukkig is hij gelijk in beeld en zit hij fraai op de akker naast de dode kleine mantelmeeuw. Gaaf!

Heel lang zit die daar echter niet, want al vrij snel vliegt hij op en verdwijnt vliegend richting het westen. Het lijkt er even op alsof die weggaat en we zijn hem dan ook kwijt, maar even later komt hij toch weer gewoon aanvliegen. Die dode meeuw is wat dat betreft ideaal. De vogel laat zich hierna weer fantastisch vliegend door de polder zien, prachtig!

Steppekiekendief

Na het avondeten kan ik het toch niet laten om nog weer even terug te gaan, zeker ook omdat er nog weer een Engelse kwikstaart bij de Gaatkensplas is gezien. Samen met Matthieu en Rutger Plaisier rijd ik vanuit Ambacht weer die kant op en de Engelse kwikstaart is gelijk in beeld als we langs het veldje rijden. Fraai!
Engelse kwikstaart

Uiteraard gaan we snel door richting de steppekiekendief die bij aankomst op een akker zit, maar helaas wel op een flinke afstand. De plaatjes van het begin van de avond zijn echter wel om te watertanden, wat een fraai beest is het toch!
Steppekiekendief                                                           ©Laurens van der Padt
Als de avond vordert vliegt de vogel nog even rond, maar duikt uiteindelijk in een graanveld, waar hij ongetwijfeld de nacht zal gaan doorbrengen. Wat een soort toch en dan zo op IJsselmonde!

Steppekiekendief
Op de terugweg rijden we nog even langs de Devel, maar de roerdomp laat zich helaas niet horen. Wel zitten er nog wat snorren uit volle borst te zingen, ook altijd erg fraai en zeker als ze mooi bovenin de stengels zitten.
Snor

dinsdag 18 april 2017

Met een beflijster naar de 150

Vanochtend kan ik nog even een rondje maken en ik vind dat een beflijster toch onderhand wel eens op de lijst moet. Waalbos is toch nog steeds wel een goede plek daarvoor, maar eerst loop ik nog even door Polder Sandelingen waar gisteren nog een exemplaar was gezien. Op een recordaantal van 15 rietzangers voor dit gebied na, is het rustig en ga ik dus maar richting Rijsoord.
Rietzanger
In Waalbos hoor ik de eerste grasmus van het jaar en getjak in een wilg trekt mijn aandacht. Dat kan volgens mij maar één ding betekenen en inderdaad vliegt er opeens een mooie beflijster uit, die is binnen! Hij maakt een grote ronde en terwijl ik hem volg komen nog twee exemplaren mijn kijkerbeeld invliegen, leuk! Ze landden weer in het gebied om vervolgens op een weilandje te gaan foerageren, het blijven toch mooi vogels, die Scandinavische merels...
Beflijster
Op wat groenpootruiters na is Waalbos verder rustig, dus trap ik nog even door richting de Crezéepolder. Daar blijken ook aardig wat groenpootruiters te lopen, een zwarte ruiter en nog een mooie groep gele kwikstaarten. Een engelse of noordse kwikstaart kan ik daar helaas niet tussen vinden, wie weet komt daar de komende tijd nog wel verandering in. Met het ochtendrondje ben ik in ieder geval op 150 soorten op de IJsselmondejaarlijst gekomen. Al een mooi aantal!
Groenpootruiters
Zwarte ruiter

zaterdag 15 april 2017

Zwartkopmeeuwentelling en meer

Nadat ik gisteren al dwergmeeuwen had was de verwachting dat er vandaag vast ook nog wel een groepje door de Crezéepolder zou komen. Met Laurens van der Padt en Laurens van der Wind sta ik dus om 7u weer in de polder voor een dag vogelen op IJsselmonde. Het begint nu wel echt te lopen dus in deze weken moeten we de soorten gaan pakken, wie weet lukt het één van ons dan om de 200 jaarsoorten op IJsselmonde te zien... Bij aankomst zien we de eerste oeverloper van het jaar weer op de blokken zitten, altijd leuke beestjes!
Uitzicht telpost

De telling begint leuk met wat steltlopers die uit de polder vertrekken: een zwarte ruiter, wat groenpootruiters, een groep grutto's en een bontbekplevier. Ook komen de eerste zwartkopmeeuwen weer miauwend langs en vliegen en wat kleine groepjes regenwulpen naar het noorden. Klokslag acht uur, als inmiddels ook Jankees en Hans Bossenbroek zijn gearriveerd, zien we een drietal grote zaagbekken op enorme hoogte overvliegen. Leuk in april!

Op 10u zijn er dan opeens de dwergmeeuwen! Een groepje is opeens ter plaatse in polder met wat kokmeeuwen, maar vliegt nagenoeg gelijk weer verder over de Noord. Het zijn eigenlijk twee groepjes van negen en vier exemplaren, erg fraai weer! Hierna blijven nog een 2de kj en een adulte exemplaar in de polder hangen, de eerste wel zo'n anderhalf uur. Uiteindelijk komen beide exemplaren prachtig langs, super!!
2kj dwergmeeuw                                              ©Matthieu Plaisier
Dwergmeeuw                                                     ©Laurens van der Padt
Terwijl we van de dwergmeeuwen staan te genieten komen ook nog steeds zwartkopmeeuwen over. Dat zijn niet alleen tweetallen, zoals doorgaans het geval is, maar ook groepen van uiteindelijk tot wel zeventien exemplaren. Ook groepen van veertien en elf komen luid miauwend recht over de telpost, wat een fraaie soort is het waar het gelukkig erg goed mee gaat! Om half twaalf als we stoppen hebben we uiteindelijk 86 zwartkopmeeuwen genoteerd, een prachtig aantal. Qua Nederlandse dagrecords staan we daarmee nu op de 26ste plek tussen telposten op Zeeuws-Vlaanderen (waar de soort verreweg het algemeenst is) in. Mooi!

Zwartkopmeeuwen                                              ©Laurens van der Padt
Het vrouwtje middelste zaagbek dat om half elf in de Crezéepolder invalt is ook nog een erg leuke verrassing. Het blijkt verreweg de algemeenste zoutwater-watervogel te zijn die we hier treffen, maar desondanks nog steeds een aangename verrassing. Verder hingen in de polder nog wat pontische meeuwen rond, kwamen nog de eerste visdieven langs en zat er nog een late waterpieper in de polder. Voor de totale telling zie hier.
Vrouw middelste zaagbek
Om twaalf uur gaan we richting de Sophiapolder, maar daar is het nog steeds rustig. Meer dan een geelpootmeeuw zien we dan ook eigenlijk niet. Met Hans Bossenbroek fietsen we hierna verder richting de Oude-Maas, waar we bij Veerplaat nog een oranjetipje tegenkomen. Mooie vlinders zijn dat toch! In Polder de Hooge Nesse zien we ook nog twee landkaartjes en vinden we de rupsen van een hele saai, maar erg zeldzame nachtvlinder. Ergens had ik namelijk gelezen dat je de rupsen van de groot-hoefbladboorder kan vinden in de bloemen van groot hoefblad die zijn geknakt op een bepaalde wijze. Voor het eerst waren in België op deze manier rupsen van de soort gevonden en in Nederland waren ze nog nooit gezien. Na wat geknakte bloemen te hebben gecheckt vind ik inderdaad plotseling een rupsje in de plant, toch wel geinig want dit zijn de eerste voor Nederland! Ongetwijfeld zullen ze op veel meer plaatsen zitten, maar toch.
Landkaartje
Groot-hoefbladboorder
Een gehoopte beflijster of draaihals vinden we nog niet in de polder en ook langs de Oude-Maas is het verder rustig. In het Waalbos lopen we nog onverwachts tegen een laat bokje aan, maar dat is het dan ook wel voor vandaag. Meer dan dat zit er even niet in, een engelse kwikstaart die bij Barendrecht wordt gemeld komt voor mij helaas alweer te laat op de dag. Volgende week vast nog wel een kans voor weer een soort richting de 200, nog 52 te gaan...